Om de zo veel tijd verschijnt er weer een verbijsterend bericht over voeding in het nieuws. Een kroket is plotseling gezonder dan een broodje kaas. Witbrood is voor sommige mensen beter dan volkoren brood. Chocola en rode wijn zijn tóch hartstikke gezond, en van zuivel ga je juist dood.
Dat soort berichten maken indruk, juist omdat ze zo onverwacht zijn. Mensen gaan plotseling twijfelen aan hun tot dan toe zo prettige eetpatroon. Of het omgekeerde gebeurt: mensen besluiten dat het nergens voor nodig is om wat met die kroketten te minderen. Heel vervelend, want er zitten vaak heel wat addertjes onder het gras. Hoe betrouwbaar is nieuws over voeding nou echt?
Nieuws wil interessant blijven
Laten we maar met de positieve kant beginnen: natuurlijk willen verreweg de meeste journalisten gewoon betrouwbaar nieuws brengen. Het is dus ook zeker niet zo dat de voedingsrubriek in de krant je expres op het verkeerde been probeert te zetten.
Wat echter wel voor de voedingsrubriek geldt: hij probeert interessant te blijven. Een zoveelste artikel over de voordelen van groente wordt door niemand nog gelezen. Een spannende kop over gezond witbrood of kankerverwekkend vlees, daarentegen, krijgt meestal wél aandacht. En dus is het niet gek dat voeding in het nieuws relatief vaak een spectaculair verhaal krijgt.
Voedingswetenschap is lastig!
De vraag is dan of dat terecht is. Niet ieder onderzoek is even relevant, of even goed uitgevoerd. Door journalisten, zeker journalisten zonder medische achtergrond, is dat niet altijd goed in te schatten. Voedingswetenschap is nu eenmaal een lastig vakgebied, op verschillende punten:
1. Specifiek onderzoek is moeilijk
Het moeilijke aan voeding en gezondheid is dat er duizenden factoren van invloed zijn. Of je hart- en vaatziekten ontwikkelt, bijvoorbeeld, is niet alleen afhankelijk van het verzadigde vet dat je eet. Ook suikers, alcohol, tabak, lichaamsbeweging en tientallen kleinere factoren zijn van belang. Zelfs als je duizenden mensen jarenlang volgt, vallen externe factoren nog steeds niet uit te sluiten.
Stel dat je bijvoorbeeld vaststelt dat viseters relatief minder hartziekten krijgen. Weet je dan zeker dat dat aan de vis ligt? Misschien eten mensen met een hoger inkomen vaker vis, en zijn die gemiddeld beter op de hoogte van wat gezond is en wat niet. Causale verbanden kunnen heel anders liggen dan je op het eerste gezicht denkt. Onderzoek naar specifieke producten is daarmee lastig.
2. Lange termijn is moeilijk
Natuurlijk kun je onderzoeken tot op zekere hoogte beter controleren – en dat gebeurt ook wel. Een groep proefpersonen krijgt bijvoorbeeld een maand lang een specifiek dieet en bewegingsprogramma voorgeschreven. Dat verschilt maar op één punt, en zo kunnen onderzoekers na die maand zien welke invloed die ene factor heeft.
Het lastige van dat soort onderzoek is echter dat je het maar kort kunt doen. Het is niet zo handig, en niet zo ethisch verantwoord, om mensen jarenlang vast te houden met een nauwkeurig gereguleerd dieet. Dat betekent dat we soms wel veel weten over effecten op korte termijn, maar nauwelijks iets over de lange termijn.
3. Schadelijke factoren zijn moeilijk
Ten slotte zijn er zaken waar je als medicus simpelweg geen ethisch onderzoek naar kunt doen. Als we vermoeden dat een bepaald product op de lange termijn schadelijk is, kunnen we dat niet aan mensen voorschrijven om te kijken wat er gebeurt. Dan ben je immers expres patiënten aan het creëren, en dat is niet wat de medische wetenschap hoort te doen.
Wat we natuurlijk wel kunnen doen, is de afwezigheid van die factor bestuderen. We weten dat roken slecht is, omdat we rokers ten opzichte van niet-rokers bekeken hebben. Dat geeft echter niet altijd een goed beeld van hoe slecht iets nu precies is, en hoe de gevolgen samenhangen met andere ongezonde factoren.
Conclusies zijn meestal vaag
Kortom: voedingswetenschap is niet zo makkelijk als ‘stofje A doet X en stofje B doet Y’. Je lichaam is een waanzinnig complexe machine, en dat betekent dat ons beeld altijd wel ergens door vertroebeld wordt.
Het betekent ook dat conclusies van wetenschappelijke onderzoeken maar zelden definitief zijn. Lees je er een artikel op na, dan staat het vaak bol van de ‘onder specifieke omstandigheden’ en de ‘in heel specifieke hoeveelheden’.
Journalisten hebben helaas, zoals gezegd, geen achtergrond in de voedingswetenschap. Dat betekent dat ze niet altijd goed zicht hebben op alle nuances en mitsen en maren die er bij zo’n conclusie komen kijken. En daardoor zijn artikelen over voeding in het nieuws vaak veel zwart-witter dan het achterliggende onderzoek!
Wat weten we wel?
Maar weten we dan eigenlijk wel dingen zeker over voedingswetenschap? Dat gelukkig wel. Wetenschappers houden zich steeds minder bezig met het beoordelen van specifieke voedingsmiddelen, en kijken in plaats daarvan naar bredere eetpatronen. Juist daar zijn grote, langdurige onderzoeken relatief makkelijk te gebruiken.
Zo weten we dat een gezond dieet voornamelijk bestaat uit groente, fruit, volkoren granen, zuivel, wit vlees, vis, peulvruchten en noten. Minderen met rood vlees, suiker, alcohol en bewerkte vetten gaat ook samen met een betere gezondheid. De meeste brede onderzoeken laten zien dat het nergens voor nodig is om hele categorieën uit je dieet te schrappen. Een goede balans is belangrijker.
Voeding in het nieuws is minder betrouwbaar
Het gaat dus om het grote geheel, niet om losse producten. Om die reden zegt één onderzoek vaak ook weinig. Het belicht een product of stof maar uit één hoek, en gooit daarom echt niet opeens de hele bestaande consensus overhoop.
Waar haal je dan wel betrouwbare informatie? In Nederland is de Gezondheidsraad de belangrijkste autoriteit: daarin werken 130 experts uit verschillende vakgebieden samen om goede richtlijnen op te stellen. Het Voedingscentrum baseert zich ook vooral op die informatie. Verder geldt: gebruik vooral je gezonde verstand. Klinkt een bericht echt onwaarschijnlijk, dan is het dat waarschijnlijk ook!
Laat hieronder een reactie achter. We proberen dezelfde dag nog te reageren!
Willem-Jan zegt:
En jij schrijft zowel interessant áls genuanceerd, Mark! Ik wens je een goe nieuw jaar!
Mark (beheerder) zegt:
Dankjewel Willem!
Jij ook het allerbeste voor 2018!