We maken ze in januari bijna allemaal: goede voornemens. Ruim 10% van Nederland wil komend jaar bijvoorbeeld afvallen, en bijna evenveel mensen gaan minder stressen. Andere populaire plannen zijn meer sporten, van baan wisselen of minder geld uitgeven.
Goede ideeën allemaal – en toch komt er uiteindelijk vaak maar weinig van terecht. Gemiddeld wordt slechts een kwart van de goede voornemens ook daadwerkelijk uitgevoerd. Is het nieuwe jaar eenmaal begonnen, dan vergeten mensen zelfs regelmatig dat ze überhaupt iets van plan waren! Met de acht praktische tips van dit artikel voorkomen we dat jij in dezelfde valkuil trapt.
Waarom hou je goede voornemens niet vol?
Waarom gaat het zo vaak mis met die oprechte goede voornemens? Er zijn heel wat redenen voor, maar vaak komt het op één ding neer: mensen willen te snel te veel. Ze proberen op 1 januari per direct vijf slechte gewoontes het raam uit te doen. Op hetzelfde moment willen ze ook met hardlopen beginnen, 400 gram groente per dag eten en extra slapen.
Zo’n rigoureuze verandering hou je misschien eventjes vol omdat het vakantie is en je nog tijd hebt. Maar zodra de stress van werk weer toeslaat, kost dat hardlopen toch opeens wel heel veel tijd. En wacht, heb je nou toch die rol koekjes leeg zitten eten? Kortom: al die nieuwe gewoontes kosten zo veel moeite dat ze binnen een week terugvallen op de oude routine.
Goede voornemens: 8 praktische tips
Hoe je het dan wel aanpakt? Garanties kunnen we natuurlijk nooit geven, maar deze zeven tips helpen je zeker om goede voornemens langer vol te houden!
1. Wat is je motivatie?
Om goede voornemens vol te houden, moet je allereerst de juiste voornemens zien te kiezen. Veel mensen maken hun plannen aan de hand van de mening van anderen. Ze willen afvallen, want dan vinden anderen ze aantrekkelijker. Ze willen gaan sporten, want dat maakt indruk. Enzovoort.
Dat is natuurlijk vragen om problemen. Je zult namelijk al snel merken dat andere mensen een stuk minder met jou bezig zijn dan je zelf denkt. En als die verloren kilo’s niet plotseling zorgen dat iedereen zich vriendelijker gaat gedragen – dan is je motivatie ook weg!
Kies om die reden toch liever voor doelen die je om jouzelf wilt bereiken. Je gaat gezonder eten omdat jíj je beter wilt voelen. Je gaat minder werken omdat jíj die stress zat bent. Of je gaat meer tijd met vrienden doorbrengen omdat jíj daar blijer van wordt. Kun je geen intrinsieke motivatie voor je goede voornemen bedenken, kies dan lekker iets anders.
2. Kleine stapjes
In één keer je halve leven omgooien werkt niet. Wilskracht kost nu eenmaal energie, en nieuwe gewoontes aanleren kost wilskracht. Te veel tegelijk is dus wederom vragen om moeilijkheden! Bovendien is het helemaal niet nodig. Door een groter doel in kleine stapjes op te delen kom je uiteindelijk veel verder.
Ga maar na: ‘afvallen’ is zo’n breed doel dat je niet eens weet waar je moet beginnen. Maar wat nou als je begint door je ongezonde snacks gezonder te maken? Je vervangt je witte granen door volkoren varianten? Je drinkt wat meer water en minder alcohol en frisdrank? Met elk van die kleinere doelen kom je dichter bij het gewicht van je dromen!
3. Niet (alleen) in januari
Januari is dé maand van goede voornemens. En dat is hoogst ongelukkig, want juist in de winter blijken we het lastig te vinden om onze plannen vol te houden. Augustus is bijvoorbeeld een maand waarin mensen veel makkelijker hun oude routine omgooien. Na de vakantie hebben we allemaal een stuk meer energie om aan onszelf te werken, lijkt het.
Gelukkig is er geen enkele reden om je alleen tot januari te beperken bij het aanleren van goede gewoontes. Sterker nog: het is wel zo makkelijk om ze over het jaar te verspreiden. Stel jezelf iedere maand een nieuw gezond doel, bijvoorbeeld, en je zult versteld staan van wat je in een jaar bereikt.
4. Wees concreet
Denk dan wel even goed over die ‘stapjes’ na. Alleen ‘meer sporten’ is een onpraktisch voornemen, want wanneer ga je dat dan doen, en hoe, en waar? Je hebt geen enkele concrete houvast om het plan ook daadwerkelijk uit te gaan voeren.
Veel effectiever is het om je goede voornemens concreet te formuleren. Niet ‘meer sporten’, maar: ‘op dinsdag en zaterdag ga ik een uurtje zwemmen’. Niet ‘meer groente eten’, maar: ‘vanaf nu maak ik elke dag een salade bij de lunch’. En niet ‘minder uitgeven’, maar: ‘een budgetboekje bijhouden en een jaartje geen nieuwe kleren kopen’.
5. Zorg voor ‘reminders’
Heb je eenmaal besloten op welke concrete manier je je doelen gaat behalen? Zorg dan dat je daar ook met regelmaat aan herinnerd wordt. Zet je geplande work-outs vast in je agenda, bijvoorbeeld. Leg je nieuwe budgetboekje zichtbaar op je bureau. En wil je iedere maand aan een ander doel werken? Zet een herinnering op de eerste van iedere volgende maand!
Nu zie je ook meteen waarom het zo handig is om concreet te blijven. ‘Afvallen’ kun je niet plannen, en ‘minder geld uitgeven’ is niet fysiek in het zicht te leggen. Zo vergeet je veel te snel weer waar je eigenlijk mee aan de slag ging!
6. Foutje? Kan gebeuren!
Veel mensen zijn enorm perfectionistisch met hun goede voornemens. Zijn ze eenmaal met die salades begonnen, dan voelen ze zich waanzinnig schuldig als ze eens een broodje kaas bij de lunch eten. Met een beetje pech levert dat zelfs zo veel frustratie op dat ze de salades helemaal opgeven. En voilà: binnen een maand is het hele voornemen weer verdwenen.
Dat is natuurlijk waanzinnig zonde. Al eet je die salade maar één keer per week: dat is nog steeds meer salade dan niets. Met andere woorden, gaat het eens een keer mis met de goede voornemens? Haal je schouders op en ga lekker door. Het hoeft niet meteen perfect.
7. De eerste maand
Wanneer je net met een nieuwe gewoonte begint, kan het lijken alsof je er nooit aan gewend gaat raken. Het is niet gek als je daar een beetje moedeloos van wordt. Goed, misschien dat je jezelf de eerste weken naar de sportschool moet slepen – maar dat ga je niet je hele leven volhouden. Hoeveel zin heeft het dan?
Nog steeds heel veel! De truc met nieuwe gewoontes is namelijk dat je ze vooral de eerste maand vol moet zien te houden. Is dat gelukt, dan hou je ze al een stuk makkelijker vol. Na drie maanden kost het doorgaans zelfs moeite om je weer van de gewoonte af te brengen.
8. Doe het samen
En ten slotte: alles wordt leuker met vrienden. Dat geldt zeker voor dingen waar je eigenlijk niet altijd zin in hebt, zoals sporten. Hardlopen is misschien geen reden om uit je bed te komen – maar bijpraten met een goede vriend is dat al een stuk sneller.
Bovendien kan het absoluut geen kwaad om een extra controle op je vooruitgang te hebben. Als je je goede voornemens met anderen deelt, zullen ze ook willen weten of je je er wel aan houdt. En zo is er nog eens een extra reden om je beste beentje voor te zetten!
Laat hieronder een reactie achter. We proberen dezelfde dag nog te reageren!